Autorijden in Nieuw-Zeeland: wat moet je weten?
BlogWaarom autorijden in Nieuw-Zeeland?
Als je zelf gaat rijden in Nieuw-Zeeland dan heb je de keuze tussen een huurauto of een camper. Allebei zijn gaaf want ze geven je hoe dan ook vrijheid. Toch geven wij de voorkeur aan een huurauto met accommodaties. Waarom? Als je zo’n vier weken de tijd hebt voor Nieuw-Zeeland is het fijn als de overnachtingen zijn vastgelegd en je (in het drukke hoogseizoen) niet hoeft te zoeken naar een camping. Meer tijd om te genieten van het land en we hebben ook nog eens de leukste overnachtingsplekjes uitgekozen! Daarnaast is het onze ervaring dat een camper onderaan de streep helemaal niet voordeliger is. Met je grote camper door de kleine straatjes van een gemiddeld dorp in Nieuw-Zeeland manoeuvreren is ook niet altijd fijn. Als je langer de tijd hebt voor Nieuw-Zeeland kan een camper juist weer wel prettig zijn. We helpen je graag met de keuze. We werken met een autoverhuurder samen en je auto is niet ouder dan een jaar. De huurauto’s zijn standaard inclusief alle kilometers en lokale belastingen. Kijk voor meer informatie over de auto’s en verzekeringen op onze autohuurpagina.
Tip 1: Links rijden
Laten we beginnen met het belangrijkste. In Nieuw-Zeeland wordt links gereden. Dat ben je gelukkig snel gewend maar zeker ’s ochtends, als je wegrijdt, even attent op zijn. Dit betekent dat je ook de rotondes anders neemt dan hier.
Tip 2: Kruispunten en afslaan
Als je bij een kruispunt wil afslaan dan geef je eerst voorrang aan alle voertuigen die rechtdoor gaan. Als je rechts wil afslaan dan verleen je eerst nog voorrang aan bestuurders die links afslaan. Bij een T-splitsing heeft het verkeer op de doorgaande weg voorrang, ook als deze gaat afslaan.
Tip 3: Rijtijden
Vergis je niet in de rijtijden in Nieuw-Zeeland. Op papier kan een afstand klein lijken maar je rijdt regelmatig over bochtig terrein, smalle wegen etc. waardoor je niet harder kan dan 60 km per uur. Officieel mag je 50 km per uur in de bebouwde kom en 100 km per uur daarbuiten. Toch zijn er flink wat wegen waar je zeker geen 100 km per uur kan rijden.
Tip 4: Inhalen
Als er je een inhaalverbod ziet (dubbele strepen), hou je er dan ook aan. Dit betekent namelijk dat het stuk weg waar je rijdt druk, gevaarlijk of onoverzichtelijk is. Gelukkig zijn er om de paar kilometers zogenaamde ‘passing lanes’ waar je kunt inhalen.
Tip 5: Parkeren
Nog een belangrijke regel is dat parkeren alleen mag in de rijrichting. Dus als je een lege parkeerplek ziet kun je net zomaar de straat oversteken en parkeren. Eerst even omdraaien dus.
Tip 6: ‘one-lane bridges’
Op flink wat wegen in Nieuw-Zeeland kom je ‘one-lane bridges’ tegen. Of te wel bruggen met maar 1 rijstrook. Met borden wordt duidelijk aangeven wie de brug eerst over mag. Verstandig om niet te hard aan te komen rijden en goed te kijken.
Tot slot misschien nog wel de belangrijkste tip die we zelf ondervonden. Doe het vooral rustig aan, want de Nieuw-Zeelanders zelf hebben echt minder haast dan wij. Plan genoeg stops in onderweg maar dat is niet zo moeilijk met een land waar je na bijna ieder bocht wel een wandeling kan maken of je ogen uitkijkt naar weer een nieuw landschap. Zo maakte ik tussen Fox Glacier en Wanaka en stop voor en wandeling bij de Blue Pools. Erg mooi!
Heb je nu extra vertrouwen gekregen om zelf door Nieuw-Zeeland te reizen? Check de mogelijkheden met onze autohuur in Nieuw-Zeeland. Meer weten over Nieuw-Zelf? Neem dan en kijkje bij onze Nieuw-Zeeland reizen of kom langs op ons reisblog.