Nationale parken

Wie Costa Rica zegt, zegt natuur. Meer dan 30% van de oppervlakte van het land is beschermd natuurgebied. Niet dat het alleen maar natuurparken zijn: 80% van het landschap ligt buiten een beschermd natuurpark. Opvallend is dat op een relatief kleine oppervlakte, door de wisselende hoogte, regenval en begroeiing, het landschap snel verandert. De ene keer waan je je in een tropisch Schotland of in de Noord Franse heuvels, dan weer in het Aziatische regenwoud of in een heet, droog Zuid Griekenland. Tenslotte is Costa Rica natuurlijk ook echt Midden Amerikaans. De afwisseling buiten de nationale parken is eigenlijk net zo kenmerkend als de 20% nationale parken die het land kent.

Welke nationale parken in Costa Rica moet je nu echt zien? Welke kun je eventueel overslaan? Wat zijn eigenlijk de verschillen? Hieronder onze eigen indrukken.

Een open deur, maar toch: Costa Rica is geen Afrika. De dieren in het woud zijn vooral apen, vogels, insecten, vlinders, amfibieën en nog veel meer: klein maar fascinerend. Vooral door hun ‘slimme’ schutkleuren zijn ze voor een leek moeilijk(er) te zien: foto’s van dieren die je van Costa Rica ziet zijn daarom bijna altijd macro opnamen (de kikker hiernaast is trouwens wel op ware grootte). Wat je zeker bijblijft is echter een enorm gevoel van rijkdom. Je beseft hoe gevarieerd en ingenieus de natuur toch eigenlijk in elkaar zit. En hoe belangrijk het is dat we deze natuur koesteren.

Een tip: leen of koop een verrekijker: als er één land is waar je er plezier van zult hebben, dan is het in Costa Rica.

Onderstaand zie je een overzicht van de nationale parken in Costa Rica. Klik op de naam van een park om onze bouwsteen in het desbetreffende park te zien. Let wel op dat een aantal parken op maandag gesloten is.

Bijna iedereen neemt dit park in zijn reis op, en dat terwijl het 2 uur heen en 2 uur terug ”hobbelen” is vanaf de bewoonde wereld. Monteverde is zo bijzonder omdat dier- en plantleven gecombineerd wordt met de mysterieuze nevel die door het park zweeft. Hele dichte begroeiing: takken en stammen van bomen zijn bedekt met orchideeën, bromelia’s, varens, lianen en mossen. Je ziet zompige moerasgebieden en kristalheldere rivieren die uitmonden in tropische watervallen. Bijzondere dieren genoeg hier. Bezoek het park met een gids, anders mis je grotendeels al het bijzonders.

St. Elena Park, aan de andere kant van het dorpje, is ruiger en wordt minder bezocht. Het is zeker net zo mooi en gevarieerd. We raden je dan ook aan de ochtend te besteden aan een trip met gids in Monteverde en de middag zelf St. Elena te verkennen. Het Selva Verde park is een van de privé parken. Je kunt er over hangbruggen tussen de boomtoppen wandelen en aan kabels langs de bomen glijden. Deze zogenaamde canopy tour is een echte adrenaline kick: je zoeft op het langste stuk wel 1 kilometer tussen de bomen. Naar ons oordeel moet je Monteverde en omgeving dus niet overslaan. Bezoek dit park met de bouwsteen Mysterieus nevelwoud.

De fotogenieke Arenal vulkaan ligt in een mooi tropisch landschap. De vulkaan en het nationale park eromheen mag je dus ook niet missen. Wij vinden dat je hier tenminste twee nachten zou moeten verblijven, zo is de kans dat je de vulkaan onder de wolken vandaan ziet komen het grootst.

Naast de vulkaan, zijn hier verschillende mooie wandelingen mogelijk, zoals naar de watervallen midden in de dichte jungle. Rondom het meer kun je wandelen, maar ook kajakken voor de afwisseling. Zoals je hierboven al leest, raden we je aan ook de Arenal vulkaan in je trip op te nemen. Dit park zie je met onze bouwsteen Badderen bij de vulkaan.

Manuel Antonio is een van de kleinste nationale parken van Costa Rica. Maar samen met Monteverde wel het meest bezocht. Dit komt vooral door de ligging: Manuel Antonio is een van de schaarse plekken waar de jungle direct aan het strand grenst en is daarom een goede afsluiting van je Costa Rica reis. De hotels en restaurantjes liggen verscholen in het groen langs de heuvelachtige kustweg tussen het plaatsje Quepos en het park. Je kunt hier met je zwemspullen het park in. Na de vrij druk bezochte eerste kilometer, heuveltje op en heuveltje af, wordt het rustiger: veel reizigers komen niet veel verder… met een beetje geluk heb je zelfs een strandje voor je alleen. Het park zelf heeft heel veel vogels, vlinders maar vooral ook apen, zoals de howler monkey (met een enorm brulgeluid) en de brutale kapucijnaapjes. We raden aan dit park niet over te slaan, vooral vanwege de bijzondere combinatie van park en natuurstrand. Houd er wel rekening mee dat het een populair park is, met name in de droge maanden van december tot april en in de zomermaanden (juli en augustus). Kijk voor meer informatie naar onze bouwsteen Natuurstrand en apenheuvel.

Tortuguero is het nestgebied van de groene zeeschildpad. In de maanden juli tot november komen ze in grote getale hun eieren leggen op het strand. Maar niet alleen in deze maanden zou je Tortuguero moeten zien: achter het schildpadstrand ligt een labyrintachtig gebied van natuurlijke, tropische waterwegen. Met bootjes kun je het hele jaar, in de brede en smalle waterkanalen, wildlife van dichtbij spotten. De apen, toekans, luiaards, kaaimannen en de gifkikkers waar Costa Rica bekend om is zitten er allemaal. Je gids ziet de kleinste beweging tussen het groen. In de reis opnemen? Zeker, ook omdat je een stukje Caribbean meepakt, maar vooral vanwege de unieke water- en junglecombinatie. Zie onze bouwsteen Naar het schildpadstrand.

Rincon de la Vieja is vooral leuk omdat het een ruig park is en alleen daar een wegwijzer op de trail staat als je net denkt, ben ik nu verdwaald of niet… Het is een minder druk bezocht park. Een parkwachtershuisje is het enige georganiseerde element.

De natuur is heel afwisselend, lichte kapok bossen, donkere watervallen en reusachtige boomwortels waar je overheen klautert. Droge velden, vulkanische meren, zwavel en modderpoelen en smalle stroompjes waar je over de rotsen moet klimmen. Je maakt sowieso de twee uur durende trail en hebt dan ook nog tijd voor de blauwe waterval, diverse meertjes en zwemplekken. Heb je nog een volle dag, dan is de behoorlijke dagtrek naar de top van Rincon, waar je dicht bij de krater komt, te overwegen. Wel drie nachten boeken dan. Persoonlijk vonden we Rincon een must, vooral ook omdat het er heel erg relaxed is. Geen drukte, geen commercie en veel afwisseling. Het park is op zijn mooist in de regentijd van mei t/m november. In de droge maanden is het er vaak dor, je kunt dan beter voor een ander park kiezen. Dit park bezoek je met Woudreuzen en zwavelmeren.

Corcovado is door de geïsoleerde ligging het meest oorspronkelijke park. Het behoort tot de top 5 van de meest biodiverse regenwouden ter wereld. Je gaat er vooral heen omdat dit het meest onaangetaste park is. In Corcovado vind je zoogdieren, reptielen, amfibieën, 800 vogelsoorten, waaronder met uitsterven bedreigde soorten. Het grondgebied beslaat van moeras tot regenwoud en bergen. Er leven jaguars (die je bijna nooit ziet), reuze miereneters, doodshoofdaapjes, luiaarden en 6000 insectensoorten. Naast deze overvloed aan fauna zijn er verlaten stranden, watervallen en rivieren waarvan de oevers zijn begroeid met zeldzame planten. Onze indruk: de verlaten ligging is het grootste pluspunt. Niet alleen het park, maar heel de omgeving biedt daardoor veel ongerepte natuur. Vanwege de stand van het water in de rivieren, raden we een bezoek in de piek van de regentijd (september en oktober) af. Het water kan dan simpelweg te hoog staan, waardoor de ingang van het park niet toegankelijk is. Kijk bij onze bouwstenen Dwalen door het oerbos en Snorkelbaai ontmoet regenwoud.

Dit park ligt ten zuiden van Puerto Viejo aan de Caribische kust en strekt zich over negen kilometer strand uit. Het is het nestgebied van vier soorten zeeschildpadden, waaronder de lederschildpad. Ze komen van maart tot juli aan land om eieren te leggen. Het park bestaat verder uit wilde bossen, koraalriffen en een rijk dierenleven. Zo vind je er krokodillen, tapirs, pelikanen, toekans en natuurlijk de zeeschildpadden. Snorkelen en scuba diving zijn toegestaan en ook zijn er trekkingen door het gebied. Ons oordeel: ga je naar Puerto Viejo, dan is dit niet te missen. Ga je vooral voor het snorkelen, dan kun je ook snorkelen bij het Cahuita park (zie hieronder). Kijk hier voor onze bouwsteen bij Cahuita.

Het Cahuita Parque Nacional, zoals het eigenlijk heet, bedekt een smalle landstrook van ca. 1000 hectare vlak naast het slaperige plaatsje Cahuita. Het onderwater-deel, een Marine National Park, is 22 keer zo groot: 22.000 hectare. Het is ruig, warm (neem drinken mee) en vochtig en de trails zijn niet druk. Het meest populair is de drie uur durende trail die het strand volgt. Het leukste is dat je hier vanaf het strand kunt snorkelen. Als het geregend heeft kan het zicht onder water beperkt zijn. Ons advies: ga je naar de Caribische kust, dan moet je dit park niet overslaan. We raden wel aan om dit met gids te doen: voor je veiligheid en ook omdat je er dan het meeste uithaalt. Klik op Caribisch relax momentje voor meer info.

De Caño Negro wildlife refuge is een van de meest afgelegen parken van Costa Rica. Het laatste stuk naar het piepkleine plaatsje is een uur lang rijden over een zandweg. Het park zelf kun je het beste verkennen per bootje. Vanaf het water zie je veel van de dierenwereld zoals kaaimannen, schildpadden en apen maar dit gebied is met name bekend om de vele soorten vogels die hier voorkomen. Gedurende het hele jaar, maar met name in het regenseizoen verblijven hier veel vogelsoorten, zoals rode lepelaars, witte ibissen en slangenhalsvogels.
Je kunt het park met een dagtrip vanuit La Fortuna bezoeken, maar wij raden aan om een nacht in Caño Negro te verblijven. Je bezoekt dan een ander gedeelte van het park, waar minder toeristen komen. Dit kan met de bouwsteen Varen door vogelparadijs. Onze mening: als je meer tijd hebt, mag je dit ware vogelparadijs eigenlijk niet missen.

Aan de voet van de Tenorio vulkaan ligt een nationaal park wat nog maar door weinig toeristen wordt bezocht. Juist daarom is het een bezoek zeker waard. Je loopt er over smalle paden langs de turquoise Rio Celeste rivier naar een waterval gelegen in de jungle. Er zijn meerdere wandelroutes over goed onderhouden paden. In het park komen twee rivieren samen en door een natuurlijke chemische reactie ontstaat hier een heldere aquablauwe rivier, de Rio Celeste. Het hoogtepunt is de waterval die je al van ver hoort. Verder vind je in het park ook pruttelende poelen waar een nogal typische geur vanaf komt. Een fijn park als je van wandelen houdt. Kijk hiervoor naar onze Wandelen naar de waterval bouwsteen.

Boca Tapada is een nog vrij ongerept regenwoud tegen de Nicaraguaanse grens aan waar je rust vindt en veel dieren en vogels kunt spotten. Vooral de enorme diversiteit en kwantiteit aan vogels viel ons op; in minder dan 2 uur tijd spotten wij meer dan 40 vogelsoorten! Ook de bijzondere ‘groene ara’ (Ara Ambiguus) kun je hier waarschijnlijk van je lijstje afstrepen. Te paard, per boot of te voet ontdek je dit stuk van Costa Rica; hier waan je je nog een echte ontdekkingsreiziger. Kijk hier voor onze bouwsteen Uit de veren in de jungle.

Carara National park is één van de meest bezochte parken van Costa Rica, vooral vanwege de ligging vlakbij de hoofdstad van Costa Rica. Ondanks dit vonden wij het de moeite waard en een leuke stop tussen Manuel Antonio en San José. Hier tref je toekans en de rood-blauw-gele ara’s die op de foto mooi afsteken tegen al het groen. Ook vaar je hier door de mangrove op zoek naar enorme krokodillen. Dit kan met de bouwsteen Uitkijken naar vogels en krokodillen.