Kloosterdansen, sprookjesvalleien en dorpslegendes
RondreisJe reist van west naar oost en eindigt de reis in India. Naast de highlights in het westen, kom je meer oostwaarts op plekjes waar weinigen je voor gingen. Ontdek de verschillen tussen de regio's in landschap, natuur, tradities en kloosters. Je slaapt in middenklasse hotels met uitzicht over de valleien, maar ook een nachtje op een boerderij bij een gastvrije familie en een nacht in een knus guesthouse naast een paleis. Reis mee langs de verborgen schatten in het land van de Draak.
Dag 1: Aankomst Paro
De meeste reizigers beginnen de reis met een vlucht vanuit India of Nepal. Bij helder weer zie je de toppen van de Mount Everest en de tweede grootste berg van Bhutan, de Jumolhari. We proberen een ochtendvlucht te regelen, zodat je je eerste dag volop kan besteden. Bij aankomst word je ontvangen door onze lokale agent, die je helpt met de visumformaliteiten. Ook al is je reis naar Bhutan een geheel verzorgde reis, wij raden je toch aan een klein bedrag te pinnen, voor eventuele souvenirs of fooien. Er zijn tijdens de reis maar weinig plekken waar je geld op kan nemen, dus je kunt dit het beste bij aankomst doen. Na kennismaking ga je samen met je gids en chauffeur op pad.
Reis je overland van India naar Bhutan, dan ga je in het zuiden de grens over bij het plaatsje Phuentsholing. Je wordt geholpen met de visumformaliteiten en start daarna met je chauffeur en gids de rit naar Paro. De weg klimt zigzaggend vanuit het zuiden op naar het midden van Bhutan. Het wordt al snel rustiger op de weg en geleidelijk aan merk je ook dat de temperatuur begint te dalen. De rit naar Paro is zo’n 6 uur. Neem er lekker de tijd voor, vraag je gids om onderweg een leuke lunchplek uit te kiezen en geniet van de eerste indrukken.
Bij aankomst in Paro word je eerst naar je hotel gebracht. Je verblijft in leuke cottage stijl huisjes of in een mooi sparesort in het groene loofbos met uitzicht op de vallei. Je kunt je opfrissen en even bijkomen onder het genot van een hapje en een drankje.
In de middag bezoek je het gemoedelijke provinciestadje met laagbouw en veel groen. Wij vonden de Paro Dzong erg indrukwekkend. Dit grote kloosterfort heeft verschillende binnenplaatsen, enorme muurschilderingen en tempels, waar monniken uit de hele omgeving naar toe komen. Leuk om te weten, het klooster vormde ook het decor voor de film Little Buddha, dus misschien herken je het wel. Boven de dzong ligt een oude wachttoren met mooi uitzicht over de vallei en het nationaal museum. Hier kun je een kijkje nemen in het leven van de mensen in Bhutan.
’s Avonds lekker dineren in een leuk restaurantje in de stad of bij je hotel. Daarna goed slapen voordat je morgen de hoogte in gaat…
Dag 2: Paro – Tiger’s Nest – Thimpu
Reistijd circa 2 uur
Na het ontbijt ga je met de auto naar de stupa Sartsam Chorten. Daar start de hike naar het meest bekende klooster van Bhutan, Tiger’s Nest. De naam Tiger’s Nest is ontstaan uit een oude legende waarin de boeddha Guru Rinpoche op de rug van een tijger heen gevlogen zou zijn. Guru Rinpoche wordt in Tibet en Bhutan gezien als de grondlegger van het boeddhisme. Het klooster is gebouwd tegen een klif van ruim 3000 meter, op 700 meter boven de Paro vallei. Het klooster is ter paard of te voet bereikbaar.
Tussen de loofbomen en het dennenbos kronkelt het pad omhoog. Best een pittige klim, dus neem voldoende pauzes en drink veel. Zo nu en dan kom je een aantal pelgrims tegen, die het klooster bezoeken om te bidden. Halverwege kun even een theepauze inlassen. Dan nog even draaien aan de gebedsmolentjes die op waterkracht aangedreven worden….Je komt ze in heel Bhutan tegen. Al wandelend is de hike zo’n twee uur, een goede warming up voor als je tijdens je reis nog een hike gaat doen. Het uitzicht op de Paro vallei en het zien van het klooster, hangend aan een steile rotswand tussen de gekleurde gebedsvlaggetjes is absoluut de klim waard. De tempel zelf is niet voor publiek toegankelijk. De tocht naar beneden gaat een stuk sneller. In een uurtje ben je beneden.
Bij het beginpunt word je opgewacht door je auto met chauffeur. In anderhalf uur rijd je naar Thimpu. In de auto kunnen je spieren even bijkomen van de klim. Onderweg zie je jong en oud boogschieten, de nationale sport. Is boogschieten je ding? Vraag je gids om in Thimpu even langs te gaan bij het boogschietstadion, meestal vindt er wel een wedstrijd plaats en staan Bhutanezen in klederdracht hun uiterste best te doen…
Waar Paro nog een beetje een dorps karakter heeft, is Thimpu al veel meer een moderne stad. Er wordt veel gebouwd en er is meer verkeer dan in Paro. Ondanks dat vind je nergens stoplichten, het is dan ook leuk om te zien dat op de wat drukkere kruispunten een verkeersregelaar vanuit een mooi prieeltje het verkeer regelt. Bezoek ook de kloosters van Thimpu, ze zien er weer heel anders uit dan in Paro, of wandel gewoon even lekker door het stadje. Wanneer je in het weekend in Thimpu bent, dan is het heel leuk om iets mee te krijgen van de weekendmarkt. Uit alle omstreken komen mensen naar Thimpu om hun handelswaren te verkopen.
Dag 3: Thimpu – Punakha
Reistijd circa 3 uur via Dochula pass
In de loop van de ochtend word je opgehaald bij je hotel. Al zigzaggend klimt de auto vanaf 2300 meter naar de bergpas Dochula pass op 3100 meter. Niet alleen voor de auto flink klimmen, zelf zou je ook wat last kunnen hebben van het hoogteverschil. Belangrijk is om veel te drinken. Eenmaal bijna bij de top, rijd je door een oase van groene, gele, rode, blauwe en witte wapperende gebedsvlaggen. Wij hadden op onze trip al veel gebedsvlaggen gezien, maar nergens zo veel als hier. De weg naar boven wordt vervolgd met wel 108 boeddhistische bouwwerken, chortens. Heel spectaculair. Met het uitzicht, is dit dé plek om te lunchen.
Na Dochula pass daal je af naar Punakha, waar je een nachtje slaapt in een middenklasse hotel.
Dag 4: Punakha – boerendorpje
Reistijd circa 1,5 uur
Je hebt volop de tijd om Punakha te verkennen, de vroegere winterhoofdstad van Bhutan. Velen zien het als de mooiste dzong van Bhutan. Zeker in de lente. De dzong straalt dan iets koninklijks uit wanneer de jacarandabomen in volle bloei zijn van paarse bloemen. Met de reusachtige dzong aan de oevers van de rivier trekt de dzong veel bezoekers, maar niet alleen nieuwsgierigen. Monniken uit de gehele omgeving komen naar de dzong. Als je geluk hebt, vindt er een gebedsdienst plaats. Murmelende monniken, trommelgeroffel, gerinkel van belletjes en brandende kaarsjes…wij vonden het een heel mysterieus ritueel.
Na Punakha rijd je via de Ganteyvallei, die bekend staat om de akkerbouw en zuivelproductie, naar een klein boerendorpje in de buurt. Hier kom je aan het einde van de middag aan. De kinderen uit het dorp rennen vrolijk rond en na een lange dag komen ook de boeren van het land. Je wordt ontvangen bij de boerderij voor een uitgebreide maaltijd en brengt er ook de nacht door. Even je spullen wegzetten en dan vervolgens lekker aanschuiven voor een pittig gekruide maaltijd.
Bij een aantal boerderijen kun je in de tuin lekker badderen. Probeer na het eten eens een traditioneel hotstone bath. Stenen worden in vuur opgewarmd en daarna met een hoop gesis in het water gelaten. Het water wordt vervolgens een beetje troebel, maar dat komt doordat er uit de stenen mineralen vrij komen. Dit is heel goed voor je je huid en heeft een hele relaxte werking. Rozig van het badderen zul je vanavond waarschijnlijk als een blok in slaap vallen.
Dag 5: Punakha – Phobjika vallei
Reistijd circa 3 uur
Na het ontbijt wacht de route richting het dorp Gantey aan de rand van de Black Mountains, een groot natuurreservaat. Het dorp zelf ga je niet echt in, maar je gaat wel naar de Gante Goemba, een grote dzong aan de rand van de Phobjikhavallei. De dzong is in Tibetaanse stijl gebouwd, maar wordt momenteel gerestaureerd. Anders dan bij veel andere dzongs is dit echt nog een ‘werkende dzong’ waar vandaag de dag nog zo’n 140 monniken wonen en studeren. Er is altijd wel wat bedrijvigheid in en om de dzong, dus met een beetje geluk kun je een van de ceremonies bijwonen. Vanaf de dzong heb je een weids uitzicht over de vallei, aanleiding voor een veelbelovende middag.
Na een bezoek aan Gante Goemba zak je af naar de groene en weidse Phobjikha vallei. De vallei staat bekend om de zeldzame kraanvogel met zwarte nek die er ’s winters verblijven. Velen vinden dit een van de mooiste valleien van de Himalaya.
In de loop van de ochtend kom je aan bij het kraanvogelcentrum. Hier vind je alle informatie over vogels, video’s, foto’s, brochures en het is de start van verschillende wandelingen. Eet nog even een hapje voordat je erop trekt, zodat je met een goed gevulde maag de middag in de vallei door kan brengen.
Van oktober tot maart heb je de grootste kans om de kraanvogel te spotten. Meestal komen de vogels eind oktober naar de vallei en vliegen ze eind februari terug naar hun zomerhuisjes in Tibet. Voordat de vogels terugkeren naar Tibet, vliegen ze altijd een paar rondjes om de Gante Goemba. Hierdoor zijn de vogels heilig en wordt er in deze regio in zo’n beetje ieder liedje over gezongen. Vraag je gids maar naar de liedjes, waarschijnlijk is ie niet meer te stoppen.
Na een wandeling door de vallei brengt de chauffeur je naar je hotel in de vallei. Het hotel met uitzicht op de vallei heeft een typische Bhutanese architectuur met pasteltinten, houtsnijwerk en aparte vormen waardoor het meer wat weg heeft van een fort dan een hotel.
Dag 6: Phobjikha – Jakar
Reistijd circa 6 uur
Na het ontbijt start de route naar de Bumthang regio. Vanuit het westen passeer je Pele la pas en Yotong la pass waar regelmatig yaks te zien zijn. Flink klimmen en daarna nog ongeveer 2 uur naar de Bumthang regio, de regio van ontelbare legendes. In de verte zie je de Jakar dzong ‘Witte Vogel’ al liggen. Eerst even langs het hotel om wat op te frissen en te lunchen, daarna tijd om de omgeving te verkennen. Vanaf de dzong heb je een weids uitzicht over de vallei. Bij de dzong vertelt de gids je al de eerste legendes over de vallei. Bumthang een van de meest heilige plekken in Bhutan. Hier is ooit de bekering tot het boeddhisme begonnen.
Daarna dient de volgende legende zich alweer aan in het klooster Kurjey Lhakhang. De Bhutanezen geloven dat de heilige Guru Rimpoche (dezelfde als van Tiger’s Nest) na het verslaan van demonen hier drie maanden heeft gemediteerd in de grot van de derde tempel. Er is hier dan ook een indrukwekkende muurschildering van hem te zien
In de omgeving zijn nog veel meer kloosters te bezichtigen, maar wij vonden het afwisselender om nog even door het stadje te wandelen. De regio staat bekend om de yathra, het weven van pure wol met traditionele tekeningen en kleuren. Wellicht ken je de klederdracht al vanuit Tibet, je kunt je in Jakar lekker vergapen aan de mooiste creaties bij de vele souvenirswinkels. Aan het einde van de middag ga je naar het Jambay Lakhang klooster waar de gids regelt dat je een gebedsceremonie bij kan wonen. We merkten dat het boeddhisme in deze regio nog meer leeft dan in andere delen van Bhutan. Veel Bhutanezen maken dan ook pelgrimstochten naar de heilige plaatsen van Bumthang regio, waardoor er veek vaker ceremonies en festivals plaatsvinden.
Na de ceremonie word je teruggebracht naar het hotel. Even lekker relaxen en misschien nog een wandelingetje in buurt van hotel en dan aan tafel voor het diner. ’s Avonds kan er in de vallei nog wel een een sterke wind opsteken, waardoor het best fris is. Op je kamer kun je dan gezellig de houtkachel aansteken.
Dag 7/8: Jakar en omgeving
Reistijd circa 1,5 uur
In overleg met je gids en chauffeur kun je deze dagen zelf invullen. Onze reisspecialiste zal altijd kijken of je een kleurrijk festival kunt meemaken in deze regio. Ook kun je bijvoorbeeld richting de hogergelegen Tang vallei. Onderweg maak je een stop bij Membartsho, het vlammenmeer. Hoewel de naam het misschien doet vermoeden, het is geen warmwaterbron of iets dergelijks. Het is een heilig deel van de bergrivier, waar -hoe verrassend- een legende achter schuilt. Ooit was er een heilige die een tempel in een grot onder het water ontdekte, waar hij ook het beeld van Lord Buddha ontdekte. Niemand in het land die hem geloofde. Om te bewijzen dat de schatten er daadwerkelijk waren, sprong hij met een brandende boterlamp de diepte in. Na een tijdje kwam hij boven met in de ene hand een beeld uit de tempel en in de andere hand nog steeds een brandende(!) boterlamp. Sindsdien is deze plek als heilig verklaart.
Dag 9: Jakar – Mongar
Reistijd circa 7 uur
Na het ontbijt verlaat je Jakar. Je maakt je op de voor de laatste daagjes Bhutan. Ura is het laatste plaatsje in de Bumthang regio. Het gebied is heel dunbevolkt en om de Indiaase grens te bereiken, moet je de komende dagen behoorlijk wat kilometers afleggen. De chauffeur kiest een afwisselende route. Vanaf het Ura dorp klim je steil omhoog, daarna een afdeling naar de Sengor vallei. Je ziet het landschap nu ook enorm veranderen. Van alpine wordt het geleidelijk subtropisch. Als je voor de lunch uit de auto stapt, merk je meteen dat het warmer en vochtiger is. De route gaat verder langs watervallen en dichtbegroeide coniferenbossen maken plaats voor bamboewouden, naaldwouden en maïsvelden. Je stopt nog bij een Nepalese stupa.
Na een rit van 7 uur bereik je Mongar. Het is weer even klimmen, het dorp Mongar is tegen een bergwand aangebouwd. Heb je zin, dan kun je nog even langs de Mongar dzong gaan. Ben je een beetje doorreisd, dan zet de chauffeur je evengoed af bij het hotel, waar je lekker kan bijkomen van deze, toch wel lange, reisdag. Vanaf ja kamer heb je uitzicht over de vallei en kun je de dzong zien liggen.
Dag 10: Mongar – Trashigang
Reistijd circa 3 uur
De auto met chauffeur staat na het ontbijt voor je klaar. Vanuit Mongar daal je zigzaggend af door de maisvelden en bananenplantages. Je luncht op een mooie plek aan de kant van de weg. Dan het laatste stukje naar Trashigang. Je passeert een brug en ziet dan de dzong en stad al liggen. Na Thimpu is Trashigang de grootste stad van Bhutan. Je bezoekt de dzong van Trashigang die hoog boven de rivier ligt. Een touwbrug over het water leidt je naar de dzong. Anders dan bij alle andere dzongs in het land heeft de dzong ook een grote tuin. Na het bezoek aan de dzong, word je naar het hotel gebracht. Hier eet je ’s avonds en verblijf je een nacht.
Dag 11: Trashigang – Trashi Yangtse – Trashigang
Reistijd circa 2 uur
Vandaag maak je vanuit Trashigang een uitstapje naar Trashi Yangtse. Onderweg bezoek aan Gom Kora. Op deze plek is een kleine tempel gebouwd bij de rots waar Guru Rimpoche gedurende lange tijd gemediteerd heeft om de demonen die hier huisden te overwinnen. In deze rots bevindt zich een zeer smalle doorgang en als je je hier doorheen kunt wringen, heb je je bevrijd van al je zonden. Als je de rots kan beklimmen of een steen op kan tillen en 3 keer om de rots kan tillen zal je ook in een volgend leven beter reïncarneren.
Dan rijd je door naar Tashiyangtse waar je de Chorten Kora bezoekt en luncht. Deze chorten is gebouwd naar Nepalees voorbeeld en daarom enigszins gelijkend op de Bodnath stoepa in Kathmandu. In het Doksum dorpje zie je een hangbrug uit de 15de eeuw en traditionele Bhutanese weefgetouwen. De streek rondom Trashi Yangtse is bekend omwille van de houten kommetjes die er gemaakt worden. Deze kommetjes worden gedraaid uit één stuk hout. De kommetjes worden gebruikt voor geroosterde maïskorrels en gepofte rijst of als bord om uit de eten. Naast bezoek aan de Dzong en de witte Chorten Kora stupa, ook aan het Zorig Chusum instituut waar studenten de 13 traditionele “arts & crafts” van Bhutan aanleren. Dan terug naar Trashigang waar je overnacht.
Dag 12: Trashigang – Samdrup Jonkhar
Reistijd circa 6 uur
De route van Trashigang naar Samdrup Jongkar duurt zo’n 6 uur. Het is veel minder klimmen en zigzaggen dan je een paar dagen eerder gewend was. Wel is het drukker onderweg. Er zijn meer auto’s op de weg en ook zie je steeds meer trucks. Onderweg halte aan Guru Rinpoche’s symbolisch paradijs : nl. de Zang Pelri Tempel. Via Khaling en Deothang verder naar Samdrup Jongkhar doorheen groots tropisch woud met vele teak en bamboo plantages. Overnachting te Samdrup Jongkhar.
Dag 13: Vertrek
Na het ontbijt word je opgehaald. De gids helpt je met de laatste formaliteiten voordat je de grens over kan gaan.Het is tijd om afscheid te nemen van Bhutan. We regelen een transfer van de grensovergang in Bhutan naar de luchthaven van Guwahati in India. Vanaf Guwahati kun je terug vliegen naar Nederland via Calcutta of Delhi of je reis voortzetten in India. Kijk voor de mogelijkheden voor een reisprogramma in India bij het bouwsteenoverzicht.