Hoe reis je door Bhutan?

Waar je op andere plekken in Azië reist met de trein, bus, boot of riksja kun je dat in Bhutan alleen met auto en privéchauffeur. Goed georganiseerd openbaar vervoer kennen ze in Bhutan niet. De enige hoofdweg in het land slingert van west naar oost langs de belangrijkste steden. Met de bochtige wegen van slechts 2,5 meter breed is autorijden in Bhutan een hele belevenis. Het enige rechte stukje asfalt is de landingsbaan op het vliegveld.

Alleen bij de grensovergang met India en rondom Paro en Thimpu is er meer verkeer. Druk of niet, stoplichten zul je nergens tegenkomen. Op een groot kruispunt in de stad wordt eerder een verkeersregelaar neergezet, dan dat een stoplicht het aangezicht van de stad bepaald.

Bhutanezen zijn apetrots op hun land en verwelkomen je graag. Tijdens je verblijf in Bhutan ben je echt te gast en zo word je ook behandeld. Niet door enorme luxe, maar vooral door alles voor je te regelen. Zelf rijden is er dan ook niet bij. Tijdens de reis is er een auto met chauffeur geregeld. Ook reist er een Engelstalige gids mee, die je met trots alle mooie plekjes van zijn land laat zien. Onderweg wordt er gewoon tijd gemaakt voor een fotostop of om even een hapje te eten. Ook staan de routes niet vast. Jij bepaalt het tempo en ondertussen kun je genieten van de comfort. Als dat geen vakantie is…

Gek genoeg zie je in Bhutan alleen nieuwe auto’s op de weg. Jaren geleden besloot de voormalige koning Wangchuck dat er auto gereden mocht worden. Bijna geen enkele Bhutanees kon zich dat veroorloven, dus werden er oude auto’s uit India geïmporteerd. De koning vond de oude auto’s een te groot contrast met het prachtige landschap en de rust en besloot de belastingregel direct te herzien. De regeling werd zo aangepast dat de bevolking zich wel nieuwe auto’s kon veroorloven.